10 feiten over Anne Frank

Anne Frank was pas 15 jaar oud toen ze stierf, maar haar dagboek is misschien wel het bekendste document over het leven onder nazi-bezetting en de vervolging van joden.

Het dagboek van Anne, geschreven in de loop van twee jaar, beschrijft de tijd die haar familie ondergedoken doorbracht tijdens de bezetting van Nederland door de nazi’s.

De joodse familie Frank verhuisde naar een geheim achterhuis op het terrein van het bedrijf van Annes vader om aan gevangenneming door de nazi’s te ontkomen. Ze woonden daar met een andere Joodse familie genaamd de van Pels en, later, een Joodse tandarts genaamd Fritz Pfeffer.

Herman Rothman en Henry Glanz zijn twee overlevenden van het Kindertransport, en Dan ging met hen praten en meer te weten komen over hun ontsnapping uit het antisemitische nazi-Duitsland.

Luister nu

Hoewel haar literaire talent, humor en intelligentie ongetwijfeld tot uiting komen, is Annes dagboek ook heel erg het geschrift van een gefrustreerde en “gewone” tiener, die worstelde om te leven in een beperkte ruimte met mensen die ze vaak niet mocht.

Het is dit aspect dat haar dagboek onderscheidt van andere memoires uit die tijd en waardoor ze herinnerd en geliefd is door generatie na generatie lezers. Hier zijn 10 feiten over Anne Frank.

“Anne” was slechts een bijnaam

Anne is hier te zien op school in 1940, twee jaar voordat haar familie ondergedoken zat.

Haar volledige naam was Annelies Marie Frank.

De familie Frank was van oorsprong Duits

Anne’s vader, Otto, was een Duitse zakenman die tijdens de Eerste Wereldoorlog in het Duitse leger diende. In het licht van het opkomende antisemitisme van de nazi’s verhuisde Otto in de herfst van 1933 met zijn gezin naar Amsterdam. Daar leidde hij een bedrijf dat specerijen en pectine verkocht voor de productie van jam.

Toen het gezin in 1942 onderdook, droeg Otto de leiding van het bedrijf, Opekta genaamd, over aan twee van zijn Nederlandse collega’s.

Anne’s dagboek was een cadeau voor haar 13de verjaardag

Anne kreeg het dagboek waarmee ze beroemd werd op 12 juni 1942, een paar weken voordat haar familie ondergedoken zat. Haar vader had haar op 11 juni meegenomen om het rode, geruite handtekeningenboek uit te zoeken en op 14 juni begon ze erin te schrijven.

Ze vierde twee verjaardagen terwijl ze ondergedoken zat

Een reconstructie van de boekenkast die de ingang van het achterhuis afdekte waar de familie Frank zich meer dan twee jaar schuilhield. Credit: Bungle

Anne’s 14e en 15e verjaardag werden in het achterhuis doorgebracht, maar ze kreeg toch cadeautjes van andere onderduikers en hun helpers in de buitenwereld. Onder deze geschenken bevonden zich enkele boeken, waaronder een boek over Griekse en Romeinse mythologie dat Anne voor haar 14de verjaardag kreeg, en een gedicht van haar vader, dat zij gedeeltelijk in haar dagboek overnam.

Anne schreef twee versies van haar dagboek

De eerste versie (A) begon in het handtekeningenboek dat zij voor haar 13de verjaardag kreeg en liep over in minstens twee schriften. Maar omdat de laatste aantekening in het handtekeningenboek gedateerd is op 5 december 1942 en de eerste aantekening in het eerste van deze schriften gedateerd is op 22 december 1943, wordt aangenomen dat andere delen verloren zijn gegaan.

Anne herschreef haar dagboek in 1944 na het horen van een oproep op de radio aan mensen om hun dagboeken uit de oorlogstijd te bewaren om te helpen het lijden van de nazibezetting te documenteren als de oorlog voorbij was. In deze tweede versie, bekend als B, laat Anne delen van A weg, terwijl ze ook nieuwe delen toevoegt. Deze tweede versie bevat aantekeningen over de periode tussen 5 december 1942 en 22 december 1943.

Watch Now

Ze noemde haar dagboek “Kitty”

Als gevolg hiervan is veel – maar niet alles – van versie A van Annes dagboek geschreven in de vorm van brieven aan deze “Kitty”. Bij het herschrijven van haar dagboek heeft Anne de brieven gestandaardiseerd door ze allemaal aan Kitty te richten.

Er is enige discussie geweest over de vraag of Kitty geïnspireerd was op een echt persoon. Anne had voor de oorlog een vriendin die Kitty heette, maar sommigen, waaronder de echte Kitty zelf, geloven niet dat zij de inspiratiebron voor het dagboek was.

De bewoners van het bijgebouw werden op 4 augustus 1944 gearresteerd

Er wordt algemeen aangenomen dat iemand de Duitse veiligheidspolitie belde om te melden dat er Joden in het pand van Opekta woonden. De identiteit van deze beller is echter nooit bevestigd en een nieuwe theorie suggereert dat de nazi’s het achterhuis misschien bij toeval ontdekten tijdens een onderzoek naar meldingen van fraude met rantsoenbonnen en illegale tewerkstelling bij Opekta.

De bewoners van het achterhuis werden na hun arrestatie eerst naar doorgangskamp Westerbork in Nederland gebracht en vervolgens naar het beruchte concentratiekamp Auschwitz in Polen. Daar werden de mannen en vrouwen van elkaar gescheiden.

In eerste instantie werd Anne samen met haar moeder Edith en haar zus Margot ondergebracht en moesten ze alle drie dwangarbeid verrichten. Een paar maanden later werden de twee meisjes echter overgebracht naar het concentratiekamp Bergen-Belsen in Duitsland.

Anne stierf begin 1945

De precieze datum van Annes dood is niet bekend, maar men vermoedt dat ze in februari of maart van dat jaar stierf. Aangenomen wordt dat zowel Anne als Margot tyfus hebben opgelopen in Bergen-Belsen en rond dezelfde tijd zijn gestorven, slechts een paar weken voor de bevrijding van het kamp.

Annes vader was de enige inwoner van het bijgebouw die de Holocaust overleefde

Otto is ook de enige bekende overlevende van de familie Frank. Hij zat in Auschwitz tot de bevrijding in januari 1945 en keerde daarna terug naar Amsterdam, waar hij onderweg hoorde van de dood van zijn vrouw. In juli 1945 hoorde hij van de dood van zijn dochters nadat hij een vrouw had ontmoet die met hen in Bergen-Belsen was geweest.

Historicus Jack Fairweather vertelt het verhaal van Witold Pilecki, de Poolse verzetsman die zich vrijwillig liet overbrengen naar concentratiekamp Auschwitz.

Bekijk nu

Haar dagboek werd voor het eerst gepubliceerd op 25 juni 1947

Na de arrestatie van de bewoners van het achterhuis werd Annes dagboek teruggehaald door Miep Gies, een vertrouwde vriendin van de familie Frank die hen had geholpen tijdens hun onderduikperiode. Gies bewaarde het dagboek in een bureaulade en gaf het in juli 1945, na de bevestiging van Annes dood, aan Otto.

Op verzoek van Anne heeft Otto het dagboek laten uitgeven en op 25 juni 1947 verscheen in Nederland een eerste druk met een combinatie van de versies A en B onder de titel Het Achterhuis. Dagboekbrieven van 14 juni 1942 tot 1 augustus 1944. Zeventig jaar later is het dagboek in maar liefst 70 talen vertaald en zijn er meer dan 30 miljoen exemplaren verschenen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *