Vers 1Edit
1Daarna zag ik, en ziet, een deur werd geopend in de hemel, en de eerste stem, die ik hoorde, was als van een bazuin, die met mij sprak, en zeide: “Komt hierheen, en ik zal u tonen de dingen, die hierna moeten zijn.”
Commentaar: Hoofdstuk vier begint met de zinsnede, “Hierna,” wijst op een overgang in literaire stijlen, alsmede op een verschuiving in Johannes’ visioen. In de hoofdstukken twee en drie richt Johannes zich individueel tot zeven gemeenten in Asia; hoofdstuk vier lijkt echter geen specifiek publiek te hebben zoals de twee voorgaande hoofdstukken. De deur en “kom hierheen” symboliseren de verandering in de omgeving voor Johannes. Johannes was nu in staat om enkele van de geheimenissen van God te zien en in staat om ze aan ons te melden. Johannes opende de deur ook niet zelf, God opende deze deur voor hem, die openbaart hoe men de hemel binnengaat. Het is door Gods wil en niet de onze. Het is echter interessant op te merken dat Johannes deze gedeelten van het boek duidelijk van elkaar scheidt, maar hij gebruikt hetzelfde beeld van de deur dat hij gebruikte toen hij de gemeenten toesprak. Johannes geeft de lezer verder te kennen dat hij terugschakelt naar een beschrijving van zijn hemelse visioen door terug te verwijzen naar, “De eerste stem die ik hoorde,” die hij herkent als Jezus. Bovendien schakelt Johannes weer over op een beschrijving door middel van gelijkenissen, die hij vervolgens in de rest van hoofdstuk vier gebruikt.
Vers 2Edit
2En terstond was ik in de geest en ziet, een troon was gezet in den hemel, en een zat op den troon.
Commentaar: De onmiddellijkheid van het transport is op te merken. Johannes’ verklaring is harmonieus met die van Paulus in I Kor. 15:51-52: “Zie, ik verklaar u een geheimenis: Wij zullen niet allen slapen, maar wij zullen allen veranderd worden in een ogenblik, in het twinkelen van een oog, bij de laatste bazuin; want de bazuin zal klinken, en de doden zullen onomkoopbaar opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden” (KJV).
“In de geest” betekent totaal ondergedompeld in een visioen. Johannes was er niet lichamelijk bij, dat wil zeggen in lichaam, maar zijn geest ervoer datgene waar gelovigen op dit moment op wachten: de verrukking. Johannes ziet een troon, en de volgende verzen laten zien dat de figuur die op de troon zit God de Vader is.
De troon is een centraal symbool van dit werk. Het was een vertrouwd beeld in de gedachten van de eerste lezers, dat macht, gerechtigheid en de gevestigde gezagsstructuur voorstelde. In dit en de volgende hoofdstukken zal Johannes een alternatieve gezagsstructuur bieden, waarin Gods majesteit en gerechtigheid zullen zegevieren. Dit zou een enorme troost zijn geweest voor christenen die onrechtvaardig werden behandeld door hun regering. Vandaag de dag kan het dienen als een waarschuwing voor moderne westerse christenen die vaak profiteren van de huidige gezagsstructuren. Gelovigen zouden nog steeds het model dat in dit hoofdstuk wordt gegeven als maatstaf moeten aanhouden waaraan zij hun eigen regeringen moeten afmeten.
Vers 3Edit
3En hij, die zat, was om aan te zien als een jaspis en een sardiussteen, en er was een regenboog rondom de troon, in het gezicht als een smaragd.
Commentaar: De edelstenen en de regenboog ( een herinnering aan Gods trouw en belofte aan Noach na de grote vloed in Genesis 9:13) zijn Johannes’ manier om intense heerlijkheid te beschrijven, een prachtig gezicht.
Deze stenen worden ook genoemd, samen met andere stenen, in Exodus 28:17-20. In Exodus worden de stenen met 7 andere gevonden op het borstschild van een hogepriester. Sardius is een bloedrode steen die het offer van bloed symboliseert (de eerste komst van Christus en zijn dood aan het kruis). Jaspis is een witte steen die totale macht symboliseert. In de verzen in Exodus is de eerste steen Sardius en symboliseert de eerste komst van Christus en Jaspis is de laatste steen en symboliseert de tweede komst van Christus. Aangezien de volgorde is omgekeerd in deze passage uit Openbaring, kunnen we de betekenis op een beschouwende manier interpreteren: Johannes, die een visioen krijgt van de wereld na de wederkomst, ziet de Jaspis het meest recent en de Sardius (de kruisiging) verder terug in de tijd.
Vers 4Edit
4En rondom de troon waren vier en twintig zetels, en op de zetels zag ik vier en twintig oudsten zitten, gekleed in witte klederen, en zij hadden op hun hoofden kronen van goud.
Commentaar: Het getal vier en twintig zou terug kunnen gaan op koning Davids verdeling van het Levitische priesterschap in 24 secties (I Kronieken 24:7-19) of het zou kunnen verwijzen naar twaalf plus twaalf, symbool voor de stammen van Israël plus de discipelen. Andere suggesties voor de betekenis van de vierentwintig oudsten zijn dat zij engelachtige figuren zijn in een hemelse raad, dat zij heiligen in de hemel voorstellen, of dat zij vertegenwoordigers zijn van de kerk in de hemel. Een ouderling is een persoon die door God is uitverkoren om Hem te vertegenwoordigen en de heiligen te dienen. De 24 oudsten vertegenwoordigen dus een veel groter aantal heiligen in de hemel. Zij zijn een vertegenwoordiging van alle gerechtigheid in de hemel. Zij hebben “zetels” van autoriteit en “kronen” van beloning. De witte klederen betekenen de gerechtigheid die nu geoordeeld en gezuiverd is. Merk op dat de Oud Testamentische heiligen niet aanwezig zijn. Zij zullen worden opgewekt en beloond na de Verdrukking (Daniël 12:1-3).De witte gewaden symboliseren zuiverheid. Dit beeld beeldt de hemelse aanbidding uit. Wanneer de priesters later hun kronen afzetten en buigen, toont dit hun eerbied. Ook dit vers verbeeldt de hemelse aanbidding.
Vers 5Edit
5En uit de troon gingen bliksemen en donderslagen en stemmen, en voor de troon brandden zeven lampen van vuur, welke zijn de zeven geesten Gods.
Commentaar: Door de hele Bijbel heen is de goddelijke suprematie en de macht van God aangetoond door vergelijkingen met bliksem, donder, andere krachtige natuurrampen(Mattheüs 28:2). Dit laat ook zien dat God aanwezig is maar niet fysiek zichtbaar, parallel aan de rest van de Schrift. De term “voor de troon” is dat Johannes het toneel van het visioen verplaatst naar voor de troon. Voor de troon zijn er zeven lampen of zeven geesten. Er wordt echter over gediscussieerd of de zeven geesten al dan niet de Heilige Geest of engelen zijn. Een argument dat deze zeven geesten engelen kunnen zijn, komt van passages als Lukas 9:26 en 1 Timoteüs 5:21, waar engelenwezens in de positie van heerlijkheid en eer worden geplaatst, gelijk aan God de Vader en God de Zoon. Bovendien wordt in het hele Nieuwe Testament de term geest gebruikt in verband met engelen. Ook in de Openbaring wordt zeer vaak over engelen gesproken. Maar een ander argument zou kunnen zijn dat de zeven lampen of zeven geesten de volledigheid van de Heilige Geest symboliseren. Van Jezus wordt gezegd dat Hij het licht is, maar alle drie de delen van de Goddelijke Drie-eenheid zijn aanwezig in de lamp, of geest. Er is slechts één geest van God, maar er zijn meerdere manifestaties van Hem. Vuur en zijn brandende eigenschappen zijn door de hele Bijbel heen een symbool van God geweest om Gods machtige inname aan te tonen. De flitsen en geluiden zijn een poging van Johannes om een gevoel over te brengen van majesteit, heiligheid, en bovennatuurlijke activiteit die zijn begrip te boven gaat.