Continue infusie van metoclopramide werd vergeleken met bolus dosering in een gerandomiseerde, dubbelblinde studie bij 27 patiënten die een cisplatinetherapie ondergingen. Patiënten in het ziekenhuis die hun eerste kuur cisplatine kregen (120 mg/sq m toegediend i.v. gedurende vier uur) werden gerandomiseerd om ofwel een bolusdosis ofwel een continue infusie van metoclopramide te krijgen. In de infusiegroep (14 patiënten) werd een laaddosis metoclopramide 3 mg/kg (totaal lichaamsgewicht) als het hydrochloridezout toegediend gedurende één uur onmiddellijk vóór de toediening van cisplatine, gevolgd door een continue infusie van metoclopramide 0,5 mg/kg/uur (als het hydrochloridezout) gedurende 12 uur. Elke patiënt kreeg een totale dosis metoclopramide van 9 mg/kg gedurende 13 uur. Deze patiënten kregen ook vijf bolusdoses van 5% dextrose-injectie (als placebo) gedurende 15 minuten, waarbij de eerste dosis één uur voor de cisplatine werd gegeven en nog vier doses met tussenpozen van twee uur. In de bolusdosisgroep (13 patiënten) werd metoclopramide 2 mg/kg als hydrochloridezout toegevoegd aan elk van de bolusdoses, terwijl de continue infusie een placebo van 5% dextrose-injectie was. Alle patiënten kregen ook dexamethason 10 mg i.v. en difenhydramine hydrochloride 50 mg i.v. De patiënten werden gedurende 24 uur na het begin van de metoclopramide toediening gecontroleerd op het aantal episoden van emesis en op bijwerkingen. In de infusiegroep hadden 11 van de 14 (79%) patiënten twee of minder episoden van emesis. In de bolusgroep hadden 10 van 13 (77%) twee of minder episoden van braken. Lichte sedatie trad op in zowel de infusie- (79%) als de bolusdosis- (77%) groep. Ondanks het gebruik van difenhydramine werden extrapyramidale reacties waargenomen bij één bolusdosispatiënt en bij twee infusiepatiënten.(ABSTRACT VERTROUWELIJK TOT 250 WOORDEN)