Oklahoma komt heel dicht bij het zijn van een doosachtige nonentiteit op de nationale kaart. Gelukkig is er de “panhandle”, een 166 mijl lange strook land die zich uitstrekt in westelijke richting naar New Mexico en die de staat zijn bekende steelpanvorm geeft. Maar wat doet het daar, deze onhandige strook land van slechts 34 mijl breed, het enige dat Texas scheidt van Kansas en Colorado? Zoals zoveel andere zaken in de Amerikaanse geschiedenis is de panhandle een markering die door de slavernij is achtergelaten.
Door de ruzies tussen vrije en slavenstaten bleef een smalle strook onopgeëist.
Toen de Verenigde Staten in 1845 Texas annexeerden, was de toekomstige Lone Star State zelfs nog groter dan nu, en strekte zich uit tot aan het noorden van het huidige Wyoming. Maar het Missouri Compromis van 1820 verbood slavernij ten noorden van de 36½e breedtegraad, dus werd Texas de nek omgedraaid. Maar de Kansas-Nebraska Act die Kansas in 1854 oprichtte, gebruikte een andere grens: de 37e breedtegraad, die eerder de Osage- en Cherokee-reservaten in Indian Territory had verdeeld. Er bleef een gat van 34 mijl over tussen Kansas en Texas.
Veertig jaar lang was het een ingesloten eiland zonder regering.
Als gevolg daarvan was de panhandle de komende vier decennia een vraagteken op de kaart, dat pas in 1890 deel uitmaakte van een staat of territoriaal rechtsgebied. Het kreeg officieel de pakkende naam “Public Land Strip” en de duizenden kolonisten die illegaal binnenstroomden om het land te kraken noemden het “Cimarron Territory”. Maar meestal werd de panhandle “niemandsland” genoemd.
De panhandle was een paradijs voor zondaars.
Zoals je je kunt voorstellen, trok een smal “niemandsland” van wetteloosheid tussen Kansas en Texas niet echt de beste elementen van het grensgebied aan. Bandieten tierden welig, en geweld en maffia-rechtspraak waren het enige redmiddel van de burgerij. Toen de drankbestrijders van Carry Nation de saloons in Kansas begonnen te verbrijzelen, werd de panhandle een toevluchtsoord voor moonshiners en bordelen. Eén stadje, het gelijknamige Beer City, werd “het Sodom en Gomorra van de vlakten” genoemd.
Cimarron is Amerika’s meest naburige county.
Heden ten dage is het uiterste puntje van de Oklahoma panhandle de dunst bevolkte county van de staat: Cimarron County. Cimarron is de enige county in het land die grenst aan county’s in vijf verschillende staten: Colorado, Kansas, New Mexico, Texas, en Oklahoma. Het is ook de plaats van Black Mesa, het hoogste punt van de staat en een ruige wildernis vol verrassingen: dinosaurusbotten, spooksteden en karrensporen van de Santa Fe Trail. Vandaag de dag is het land dat niemand wilde een verrassend goede bestemming voor een roadtrip. (Maar, helaas, Bierstad is er niet meer.)