exoskelet

Een exoskelet is een harde bekleding die het lichaam van sommige diersoorten ondersteunt en beschermt. Het woord exoskelet betekent “uitwendig skelet”. Veel ongewervelde dieren, of dieren zonder ruggengraat, hebben een exoskelet. Insecten vormen de grootste groep dieren met een exoskelet.

Veel dieren hebben een uitwendige bekleding die exoskelet wordt genoemd. Oorwurmen, kevers en andere insecten hebben...Insecten hebben exoskeletten die zijn gemaakt van een stof die chitine heet. De exoskeletten van krabben, kreeften, garnalen, spinnen, teken, mijten, schorpioenen en verwante dieren zijn ook gemaakt van chitine.

Hoewel exoskeletten hard en stijf zijn, hebben ze ook gewrichten, of buigbare delen. Door deze gewrichten kunnen de dieren zich gemakkelijk bewegen. De exoskeletten van landdieren hebben ook kleine ademhalingsgaten, die spiracles worden genoemd.

Als dieren met exoskeletten ouder worden, groeien hun zachte binnenste delen. Maar hun exoskeletten groeien niet. Als het zachte lichaam van een dier te groot wordt voor het exoskelet, splijt het exoskelet open en valt het weg. Dit proces wordt vervellen genoemd. Het lichaam van het dier vormt dan een nieuw exoskelet. Tijdens de vorming van het nieuwe exoskelet heeft het dier geen bescherming.

Dieren als kokkels, oesters, mosselen en slakken hebben een soort exoskelet dat schelp wordt genoemd. Schelpen zijn gemaakt van een stof die calciumcarbonaat heet. Dieren met een schelp vervellen niet. Als de dieren groeien, groeien de schelpen ook, langs de randen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *