Gratiën

De Gratiën (ook Charites, z. Charis) waren godinnen uit de Griekse mythologie die charme, gratie en schoonheid verpersoonlijkten. Hesiod beschrijft drie Gratiën, en dit is hun meest voorkomende groepering in literatuur en kunst, maar hun aantal varieert afhankelijk van de bron. Zij werden geassocieerd met Aphrodite en vooral met lentebloemen, en werden beschouwd als de jeugdige schenkers van schoonheid in al haar vormen, van fysiek tot intellectueel, artistiek tot moreel.

Hesiod & Homer

In Theogonie beschrijft Hesiod drie Gratiën: Aglaea (verpersoonlijking van uitstraling), Euphrosyne (vreugde), en Thalia (bloei). Hij meldt dat hun ouders Zeus en Eurynome, de dochter van de Oceaan, waren. Hesiod beschrijft hen als ‘mooi-wangetjes’ en ‘uit hun ogen druipt de begeerte, de ledematen-melter, als ze kijken; en ze kijken prachtig van onder hun wenkbrauwen’ (907). Hij vermeldt verder dat Aglaea, de jongste Gratin, de vrouw werd van de ambachtsgod Hephaistos. De Gratiën wonen op de berg Olympus met de Muzen en Himeros, de personificatie van het Verlangen. In Hesiod’s werken & helpen de Gratiën bij de geboorte van Pandora en krijgen ze, samen met de Horae (godinnen van de seizoenen), de taak om de eerste vrouw te verfraaien en te bedekken met bloemen, slingers en fijne juwelen. De Gratiën worden beschreven als meesters in het dansen, zingen en dichten, in welke hoedanigheid zij de gasten op de bruiloft van Peleus en Thetis vermaakten.

Remove Ads

Homer vermeldt hen zowel in de Ilias als in de Odyssee, maar specificeert noch hun namen noch hun aantal. Hij associeert hen met Aphrodite, en deze traditie wordt in latere bronnen gehandhaafd, waarbij de Gratiën een vast onderdeel worden van de grote entourage van de godin. In Boek 5 van de Ilias vertelt Homerus ons dat de Gratiën een prachtig en onsterfelijk gewaad voor Aphrodite maakten. Homerus vertelt verder in Boek 14 dat Hera de Gratiën Pasithee aan Slaap gaf om zijn vrouw te worden in ruil voor hem, die ervoor zorgde dat Zeus tijdelijk uit de actie van de Trojaanse oorlog werd gehaald. De Gratiën duiken weer op in Homeros’ Odyssee, waar zij schoonheid uitdelen aan stervelingen en de dienstmaagden zijn van Aphrodite, die de godin baadt en haar zalft met geurende olie in haar heiligdom op Cyprus.

De Gratiën werden nauw geassocieerd met bloemen, vooral rozen & mirten.

Hellenistische toevoegingen & Cultussen

In de Hellenistische periode voegde de dichter Hermesianax nog een Gunst toe aan de traditionele groep, die van Peitho, die de Overtuiging personifieerde. Vanaf deze periode worden de Gratiën in verband gebracht met Hecate, de maangodin die in verband wordt gebracht met magie en geesten. De Gratiën werden nauw geassocieerd met bloemen, vooral rozen (die zij helpen groeien) en mirten, maar ook alle voorjaarsbloemen in het algemeen. Ze bevinden zich vaak in het gezelschap van vruchtbaarheidsgoden, geholpen door hun ervaring bij de geboorten van Aphrodite en Pandora.

Verwijder Advertenties

Advertentie

De Gratiën waren het voorwerp van cultusverering in de hele Griekse wereld, maar vooral in Zuid-Griekenland en Klein-Azië. Zij waren vooral belangrijk in Orchomenus in Arcadië, waar een jaarlijks festival, de Charitesia, ter ere van hen werd gehouden. Pausanias vermeldt dat zij daar in verband werden gebracht met meteorieten of vallende sterren. De geschiedschrijver noemt verder verschillende namen van Gratiën in verschillende steden, bijvoorbeeld Auxo en Hegemone in Athene, en Kleta en Phaenna in Sparta. Dit waren ongetwijfeld plaatselijke godheden die deel uitmaakten van de bredere Griekse cultus van de Gratiën. In Athene werden de Gratiën en Aphrodite vanaf de 3e eeuw v. Chr. in verband gebracht met Demos, de personificatie van het volk, zoals blijkt uit een altaar met inscriptie.

De Geboorte van Venus door Botticelli
door Sandro Botticelli (CC BY-SA)

De Gratiën in de kunst

De Gratiën kunnen moeilijk te identificeren zijn in de kunst omdat ze geen specifieke attributen hebben, maar ze worden het vaakst afgebeeld als een trio mooie jonge vrouwen in Griekse en Romeinse kunst waar ze ofwel dansen of in een processie bewegen. Zij verschenen in de Archaïsche en Klassieke Griekse kunst op aardewerk, reliëf beeldhouwwerk, munten, en zelfs op de troon van Zeus in Olympia volgens Pausanias. De Gratiën komen voor op de beroemde Francoise-vaas met zwarte figuren (ca. 570 v. Chr.) in een scène uit de bruiloft van Thetis en Peleus en op een veel gekopieerde marmeren reliëfplaquette van Sokrates (ca. 470 v. Chr.) waar zij in de typische processiehouding staan en elkaars handen vasthouden.

Liefhebbers van geschiedenis?

Teken in voor onze wekelijkse e-mailnieuwsbrief!

Zoals andere gelijksoortige godheden die schoonheid voorstellen, werden de Gratiën in de Griekse kunst oorspronkelijk gekleed afgebeeld, maar geleidelijk aan werden ze naakt afgebeeld. In de Hellenistische periode ontstonden de eerste voorbeeldbeelden van drie naakte vrouwen die elkaar omhelsden en dit werd een veel gekopieerd thema in de Romeinse en latere kunst. De Gratiën waren vooral populair in de kunst van de Renaissance. Een voorbeeld is Botticelli’s Geboorte van Venus (1486) waar een eenzame Gratin rechts staat, klaar om de ontluikende godin een kleed aan te bieden om haar bescheidenheid te bedekken.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *