KING DAVID ALS VADER
David, de zoon van Jesse, droeg tijdens zijn leven heel wat verschillende hoeden. Hij was herder, wapendrager en harpspeler voor koning Saul, soldaat, koning, profeet van Jehovah, echtgenoot en vader. Hoewel elk van zijn rollen zijn eigen uitdagingen had, was er zeker niets dat voor hem uitdagender was dan vader zijn. Als ouder vertoonde David een aantal eigenschappen die navolging verdienen, maar hij vertoonde ook ernstige gebreken die wij beter kunnen vermijden. Beschouw deze korte observaties over Koning David als een vader.
David hield zijn zonen niet goed in bedwang en disciplineerde ze niet goed. Toen Davids zoon Amnon zijn zuster Tamar verkrachtte, was David “zeer verbolgen” (2 Samuël 13:21), maar er is geen aanwijzing in de Bijbel dat hij er iets aan deed. Later lezen we dat toen Davids zoon Adonia probeerde de troon van zijn vader te stelen, David “hem op geen enkel moment ontstemd had” (1 Koningen 1:6). Tolerantie en gebrek aan discipline droegen bij tot de corruptie van Davids familie. Denk aan Eli’s falen om zijn zonen op de juiste wijze in toom te houden (1 Samuël 3:13).
David toonde vriendjespolitiek ten opzichte van een van zijn zonen. David had een heleboel kinderen, maar hij maakte er geen geheim van dat Absalom “papa’s kindje” was. Jacob had dezelfde fout gemaakt door meer van Jozef te houden dan van zijn andere zonen. David’s verhoogde genegenheid voor Absalom schaadde David’s familie, zijn reputatie, en had een negatieve invloed op het land. Luisteren we?
David doorstond de pijn van een zoon die zich tegen hem keerde. Die zoon was Absalom, degene van wie David zo veel hield! Absalom leidde een opstand tegen David en zijn koningschap, waardoor David uit Jeruzalem moest vluchten. Absalom maakte zijn keuzes uit vrije wil, maar de ravage die hij aanrichtte in Davids gezin en in het land Israël was deels een straf voor Davids zonde met Bathseba (2 Samuël 11).
David doorstond de pijn van het verlies van een kind. Geen enkele ouder wil zijn/haar kind zien sterven, maar David werd tenminste drie keer met zo’n verdriet geconfronteerd (de eerste zoon die Bathseba hem schonk, Amnon, en Absalom). Het siert hem dat David zich in zijn lijden en zijn zwakheid steeds weer tot de Heer wendde om kracht te vinden: “In God is mijn heil en mijn heerlijkheid; de rots van mijn sterkte en mijn toevlucht is in God” (Psalm 62:7).
Voordat hij stierf, toonde David belangstelling voor het project van zijn zoon. Toen God bekend maakte dat Hij wilde dat Salomo, en niet David, een tempel voor Hem zou bouwen, in plaats van te pruilen en die taak tegen te werken, werkte David ijverig en deed alles wat hij kon om de natie achter het project van zijn zoon te krijgen. Wijze vaders zullen vandaag de dag belangstelling hebben voor de activiteiten van hun kinderen op school, in de vrije tijd, en vooral voor de dingen die zij doen die met de gemeente van de Heer te maken hebben.
Voordat hij stierf, gaf David prachtige adviezen en vermaningen aan zijn zoon Salomo. Toen zijn dood naderde, zei David tegen Salomo: “…weest dan sterk en toont u een man; en houdt u aan de opdracht van de Here, uw God, om in zijn wegen te wandelen… opdat u voorspoedig zijt in alles wat u doet…” (1 Koningen 2:2-3). Is er iets belangrijkers dat een vader aan zijn zoon kan zeggen?