Geschiedenis van de labrador
De Labrador Retriever is de traditionele waterhond van Newfoundland, lang gebruikt als eendenvanger en vissersmaatje. Het ras begon zijn gestage klim naar opperste populariteit in de vroege jaren 1800, toen Labs werden gespot door Engelse edelen die Canada bezochten. Deze sportieve graven en lords keerden terug naar Engeland met mooie exemplaren van “Labrador honden.” (Hoe deze honden van Newfoundland geassocieerd werden met Labrador is onduidelijk, maar de naam bleef hangen). Tijdens de tweede helft van de 19e eeuw, verfijnden en standaardiseerden Britse fokkers het ras.
De fysieke en temperamentvolle raskenmerken, die vandaag de dag zo bekend zijn bij miljoenen toegewijden over de hele wereld, herinneren aan het oorspronkelijke doel van de Lab. De voorkeur ging uit naar een korte, dichte, weerbestendige vacht, omdat tijdens een Canadese winter langharige retrievers met ijs bedekt zouden worden als ze uit het water kwamen. In het vaderland van zijn voorouders werd een Lab toegewezen aan een vissersboot om de vis op te halen die uit het sleepnet kwam. Daarom had de hond, naast zijn natuurlijke instinct als apporteerder, een vacht nodig die geschikt was voor de ijzige wateren van de Noord-Atlantische Oceaan.
De dikke, taps toelopende staart van de Lab – een “otterstaart”, wordt hij genoemd – dient als een krachtig roer, dat voortdurend heen en weer beweegt als de hond zwemt en de hond helpt bij het draaien. Wat het karakteristieke temperament van het ras betreft, dit is evenzeer een kenmerk van het ras als de otterstaart. “De ideale instelling is er een van een vriendelijk, open, meegaand karakter; gretig om te behagen en niet agressief tegenover mens of dier,” zegt de rasstandaard. “De Labrador heeft veel dat mensen aanspreekt; zijn zachte manieren, intelligentie en aanpassingsvermogen maken hem een ideale hond.” Bij het definiëren van de primaire eigenschappen van een Lab, is het temperament misschien wel het belangrijkst, omdat zijn bruikbaarheid afhangt van zijn aanleg. “Als een hond niet beschikt over het ware ras temperament,” schreef een bekende honden keurmeester, “is hij geen Labrador.”
De Kennel Club (Engeland) erkende de Lab in 1903, en de AKC registreerde zijn eerste hond van het ras in 1917. Labs voerden voor het eerst AKC registraties aan in 1991 en heerst sindsdien als Amerika’s favoriete ras.