Van 16 december 1815 tot 7 september 1822, toen het Koninkrijk Brazilië in unie was met het Koninkrijk Portugal, waren de volledige titel en de stijl van de monarch volgens de traditie en de grondwet van het Verenigd Koninkrijk van 1822: Bij de Gratie Gods, Koning/Koningin van het Verenigd Koninkrijk Portugal, Brazilië en de Algarven, van beide zijden der zee in Afrika, Heer van Guinea en van Verovering, Scheepvaart en Handel in Ethiopië, Arabië, Perzië en India, enz.
Van 12 oktober 1822 tot 15 november 1889, als het onafhankelijke Keizerrijk Brazilië, was de volledige titel van de vorst van het land: Bij de gratie Gods en eenparige acclamatie van het volk, constitutioneel keizer/keizerin en eeuwig verdediger van Brazilië.
Het is vermeldenswaard dat vanaf een korte periode, tussen 15 november 1825 en 10 maart 1826, volgens het Verdrag van Rio de Janeiro, waarbij Portugal de Braziliaanse onafhankelijkheid erkende, aan koning Jan VI de hoffelijkheidstitel van keizer van Brazilië werd verleend, terwijl zijn zoon de feitelijk regerende keizer was. Vanaf de datum van het verdrag tot aan zijn dood gebruikte Johannes VI de titel: Bij de Gratie Gods, Johannes VI, Keizer van Brazilië, Koning van Portugal en de Algarven, van beide zijden der zee in Afrika, Heer van Guinea en van Verovering, Scheepvaart en Handel in Ethiopië, Arabië, Perzië en India, enz.