Er was eens een tijd dat er geen boeken bestonden en geen enkel mens kon lezen of schrijven. Toch hadden de mensen rijke culturen en verhalen die belangrijk waren voor hun manier van leven. Over de hele wereld hielden samenlevingen hun folklore, rituelen en tradities vele generaties lang in leven door middel van verhalen, liedjes, toespraken, preken, dansen en andere niet-schriftelijke vormen van communicatie. Zelfs vandaag de dag geven culturen nog steeds belangrijke informatie door via mondelinge overlevering.
Orale overlevering kan informeel gebeuren (rond het vuur de verhalen van oma vertellen), maar in veel culturen zijn de mensen die de cultuur mondeling moeten doorgeven goed opgeleid, en hun verhalen zijn goed ingestudeerd. Dit is vooral het geval in hoofdzakelijk orale samenlevingen waar de mondelinge overlevering nog steeds overheerst. Veel van de inheemse volkeren van Amerika vertrouwen op verhalenvertellers om hun rituelen en heilige verhalen door te geven. In West-Afrika zijn verhalenvertellers, griots genaamd, verantwoordelijk voor het bijhouden van een mondelinge geschiedenis van hun stam of dorp en voor het vermaken met verhalen, gedichten, liederen en dansen. Over de hele wereld is de methode waarmee orale tradities worden overgedragen vaak zeer gestructureerd, waardoor de verteller grote hoeveelheden informatie kan oproepen en hetzelfde verhaal of dezelfde les van generatie op generatie kan bewaren.
Mensen uit geletterde samenlevingen beschouwen orale tradities soms als verouderd of een onbetrouwbare vorm van archivering. Veel van de tradities die door orale samenlevingen worden bewaard, blijven echter door de eeuwen heen grotendeels onveranderd door de succesvolle overdracht van orale overlevering. Hoewel orale traditie en geletterdheid vaak tegenover elkaar worden gesteld, hebben veel samenlevingen van beide vormen van communicatie gebruik gemaakt.