Het boek Galaten is een Paulinische Brief (brief van Paulus). Het is geschreven door de apostel Paulus omstreeks 49 na Christus, voorafgaand aan het Concilie van Jeruzalem dat in 50 na Christus had plaatsgevonden. De belangrijkste personen in dit boek zijn de apostel Paulus, Petrus, Barnabas, Abraham, Titus, en valse leraren. Paulus schrijft dit boek om het probleem van de besnijdenis en het Joodse legalisme ten opzichte van niet-Joodse gelovigen aan te pakken.
– In de hoofdstukken 1-2 geeft Paulus zijn getuigenis over hoe hij de authentieke boodschap van het Evangelie had ontvangen. Hij waarschuwt dat als iemand een andere evangelieboodschap verkondigt dan die hij verkondigde, die persoon “Zoals wij al eerder hebben gezegd, zo zeg ik nu opnieuw: als iemand u een evangelie verkondigt dat tegengesteld is aan wat u hebt ontvangen, moet hij vervloekt worden!” (1:9). Paulus sprak over het enige ware Evangelie dat hij had ontvangen; lees 1 Korintiërs 15:1-4.
Paul verklaart vervolgens dat Christus nu in hem leeft, en hem leidt en de kracht geeft om als Christus’ gezant en instrument te leven: “Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en het leven, dat ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven” (2:2o).
-Hoofdstukken 3-5:12, Paulus begint met te verklaren dat redding door geloof en vertrouwen in Jezus Christus “Alleen” is, en niet verkregen kan worden door het houden van de Wet. “Foei dwaze Galaten! Wie heeft jullie in de ban gedaan? Is Jezus de Messias niet duidelijk voor jullie ogen afgebeeld als zijnde gekruisigd? Ik wil maar één ding van jullie leren: Hebt gij de Geest ontvangen door de werken der wet te doen of door te geloven wat gij hebt gehoord? Bent u zo dwaas? Bent u begonnen met de Geest en eindigt u nu met het vlees? (Galaten 3:1-3). De Wet (10 Geboden) is onze leermeester om ons naar de verlossing in Jezus Christus te leiden, “de Wet is onze leermeester geworden om ons naar Christus te leiden, opdat wij door het geloof gerechtvaardigd worden” (3:24). Niemand kan de 10 Geboden gehoorzamen. Dat is onmogelijk. Ieder mens heeft ze overtreden; daarom kunnen wij alleen redding verkrijgen door te vertrouwen op onze Heiland Christus Jezus.
-Hoofdstukken 5:13-6, Hij onderwijst de Vruchten van de Geest en zegt ons: “Wandelt door de Geest, en gij zult de begeerte van het vlees niet volbrengen” (5:16). Goede werken redden niet, maar een christen moet het verlangen hebben om goede vruchten voort te brengen, Gods Wet te gehoorzamen en een heilig en rechtvaardig leven te leiden in de ogen van God. Christenen moeten dit verloste leven leiden.