Komen er nog steeds nieuwe delen van de Bijbel aan het licht? Hoe is dat mogelijk?
In 1947 ontdekten bedoeïenen herders in een obscure grot ten westen van de Dode Zee een aantal rollen die zorgvuldig in tien hoge kruiken waren geplaatst. Ze wisten niet wat ze gevonden hadden, maar ze verkochten de rollen aan een handelaar in de buurt. Dit was het openingshoofdstuk van een verbazingwekkende archeologische vondst; uiteindelijk zouden zo’n 800 verschillende manuscripten worden gevonden in elf grotten in de buurt van de vallei die Wadi Qumran wordt genoemd. In totaal werden zo’n 60.000 fragmenten, gedeelten of complete rollen van deze 800 manuscripten teruggevonden, die betrekking hadden op vele onderwerpen.
Veel van de documenten bevatten bijbelse teksten. Van elk boek uit het Oude Testament, behalve Esther, werden fragmenten of complete kopieën gevonden. Ze waren in deze grotten geplaatst rond het midden van de eerste eeuw na Christus, en het verbazingwekkende feit is dat ze daar 1900 jaar ongestoord hadden gelegen! Maar waarom zijn deze Dode Zee-rollen zo belangrijk voor ons? De reden is dat vóór deze ontdekking de vroegste manuscripten van bijbelse teksten dateerden uit de negende eeuw na Christus. Het waren kopieën van eerdere kopieën die al lang verloren waren gegaan.
Maar nu hebben we bijvoorbeeld een boekrol van het complete boek Jesaja uit de tweede eeuw voor Christus. Het is duizend jaar ouder dan enig ander Hebreeuws Schriftdocument dat we vóór 1947 hadden.
Toen deze rollen met grote moeite werden ontrold en vertaald, vroegen bijbelgeleerden en christenen zich overal af wat de resultaten zouden zijn. Zouden de nieuwe vondsten tegenstrijdige teksten opleveren, heel anders dan de tekst van onze Bijbels? Zou de Bijbel moeten worden veranderd of uitgebreid?
Ook al zijn meer dan een halve eeuw later nog niet alle rollen ontrold en vertaald, de antwoorden komen duidelijk. De teksten lijken verbazingwekkend veel op de documenten die we al hebben. De variaties zijn minder dan twee procent, en geen enkele leer of doctrine van de Bijbel die we hebben is veranderd. In plaats van een bedreiging te vormen voor het Christelijk geloof, hebben de Dode Zee Rollen in feite een overtuigende ondersteuning geleverd voor de echtheid van Gods openbaring zoals die ons in de Bijbel is gegeven.
Niettemin voeren Bijbelgeleerden hevige discussies over sommige teksten. Sommige nieuwe bijbelvertalingen hebben bijvoorbeeld ongeveer 70 woorden toegevoegd aan het eind van 1 Samuël 10. De passage vertelt ons dat een zekere koning Nahash de ogen van de Israëlieten uitstak. Hoewel de tekst op zich van weinig belang is, roept hij enkele zeer fundamentele vragen op. Komen er nog steeds nieuwe delen van de Bijbel aan het licht? Hebben we niet de volledige openbaring van God? Hoe is dit mogelijk?
Dergelijke vragen hebben een openhartig antwoord nodig, en dat antwoord is te vertrouwen op Gods voorziening. Dit vertrouwen omvat ons geloof in Zijn plan voor het heelal, en in Zijn zending van Zijn Zoon naar onze behoeftige wereld. Daarom omvat het ook zeker ons vertrouwen in Zijn openbaring. Als we Hem vertrouwen met onze bestemming, kunnen we vertrouwen op Zijn voorziening van precies datgene wat we nodig hebben om te weten en van Hem te ontvangen.