Vraag: “Wie was Abel in de Bijbel?”
Antwoord: Abel was de tweede zoon van Adam en Eva (Genesis 4:2). De betekenis van zijn naam is onzeker; sommigen geloven dat Abel “adem” of “ijdelheid” betekent, en anderen geloven dat het een vorm is van het woord voor “herder”. Abel was een rechtvaardig man die God behaagde.
Abel was een herder en staat erom bekend dat hij God een welgevallig offer bracht – van de eerstgeborene van zijn kudde. Kaïn, Abels oudere broer, was een werker op de grond en bracht God geen welgevallig offer. Kaïn was boos over Gods ongenoegen en vermoordde Abel. In een treffend beeld van de behoefte aan gerechtigheid, zei God dat Abels bloed tot Hem riep vanuit de grond (Genesis 4:10). Als deel van Gods straf voor Kaïn zou de grond zijn kracht niet meer aan hem afgeven en zou hij een zwerver en vluchteling zijn (verzen 11-12).
Toen Adam en Eva nog een zoon kregen, noemden zij hem Seth – de naam klinkt als het Hebreeuwse woord voor “aangewezen” – omdat Eva zei dat God haar nog een nakomeling had aangewezen om Abel te vervangen (Genesis 4:25). Seth’s nakomelingen werden beschouwd als de rechtvaardige lijn; het was uit Seth’s lijn dat Henoch en Noach en uiteindelijk de hele mensheid voortkwamen. Genesis 4:26 zegt dat Seth een zoon had, Enosh, en het was in die dagen dat “de mensen de naam van de HEER begonnen aan te roepen.” Abel had God terecht aanbeden, en nu deed Seth’s familie hetzelfde.
Jezus heeft Abel aangewezen als ’s werelds eerste martelaar (Mattheüs 23:35). Hebreeën 11 prijst Abel voor zijn geloof: “Door geloof bracht Abel God een beter offer dan Kaïn deed. Door het geloof werd hij geprezen als rechtvaardig, toen God goed sprak over zijn offers. En door het geloof spreekt Abel nog steeds, ook al is hij dood” (vers 4). Abel “spreekt” in die zin dat hij blijk gaf van ware aanbidding van God en dat zijn daden een voorbeeld blijven van geloof en gerechtigheid.
Abel’s bloed wordt ook genoemd in Hebreeën 12:24, waar het wordt vergeleken met het gesprenkelde bloed van Jezus, een andere rechtvaardige man die door boosdoeners werd vermoord. Jezus’ bloed “spreekt een beter woord dan het bloed van Abel.” Het bloed van Abel riep om wraak tegen de moordenaar; het bloed van Jezus roept om vergeving van de moordenaars (zie Lukas 23:34).
Abel was rechtvaardig, maar zijn dood toonde slechts de zondigheid van de mensheid aan en benadrukte de gevolgen van de zondeval. Abel werd vermoord en Kaïn gestraft. Het bloed van Abel riep God aan om het goed te maken. Jezus was rechtvaardig – volledig rechtvaardig – en Zijn moord leidde tot de mogelijkheid van leven. Jezus’ dood benadrukte de menselijke zondigheid, maar Hij overwon de zonde en de dood in Zijn opstanding. Het bloed van Jezus is cruciaal voor onze verlossing. Zijn bloed spreekt een goed woord – een woord van verzoening en hoop.
Een bloedoffer, zoals Abel aan God bracht in Genesis 4, is altijd nodig geweest om de zonde te verzoenen (Hebreeën 9:22). Het eerste bloedoffer zien we in Genesis 3, wanneer God Adam en Eva met huiden bekleedt. We zien het opnieuw in de aanbidding van Abel in Genesis 4. De Mozaïsche Wet formaliseerde een offersysteem waardoor God wilde dat Zijn uitverkoren volk tot Hem zou naderen. Het boek Hebreeën gaat zeer gedetailleerd in op het feit dat het offer van Jezus beter is dan het oudtestamentische offersysteem. Jezus offerde Zijn offer eens en voor altijd. De vorige offers waren tijdelijk, beelden van wat Jezus uiteindelijk zou doen. Jezus’ bloed is een blijvende verzoening. Het bloed van Abels offer was er een schaduw van.
De Bijbel geeft niet veel informatie over Abel, maar we kunnen verschillende dingen leren van wat de Bijbel ons wel vertelt. Abel toonde ware aanbidding door zijn geloof en door zijn daden. Wij weten dat wij God niet kunnen behagen zonder geloof (Hebreeën 11:6). Wij zijn geroepen om de Heer te aanbidden in geest en in waarheid (Johannes 4:24). Abel werd om zijn geloof vervolgd; dat zal ook ons overkomen (Johannes 15:20; 2 Timoteüs 3:12). God hoorde de schreeuw van Abels bloed en antwoordde; God heeft aandacht voor onze levens en onze noden.
In het verhaal van Abel zien we ook dat Gods plan niet wordt gedwarsboomd. Kaïn werd verbannen, maar Adam en Eva kregen Seth, door wie uiteindelijk de Messias kwam. Zelfs toen God in Genesis 3 een vloek over de zonde uitsprak, beloofde Hij ook een Verlosser (Genesis 3:15). Abel was het slachtoffer van de realiteit van de menselijke zondigheid, maar de beloofde Verlosser, Jezus, is gekomen, en zijn bloed spreekt een beter woord.