De markgraven van Baden stamden af van het Huis van Zähringen. Baden is genoemd naar de residentie van de markgraven, kasteel Hohenbaden in Baden-Baden. Hermann II van Baden eiste in 1112 voor het eerst de titel van markgraaf van Baden op. Het verenigde markgraafschap Baden bestond vanaf dat moment tot 1535, toen het werd opgesplitst in de twee markgraafschappen Baden-Durlach en Baden-Baden. Na een verwoestende brand in Baden-Baden in 1689 werd de hoofdstad verplaatst naar Rastatt.
De twee delen werden in 1771 herenigd onder markgraaf Karel Frederik. Het herstelde markgraafschap met hoofdstad Karlsruhe werd in 1803 tot keurvorstendom verheven. In 1806 werd het keurvorstendom Baden, dat territoriale toevoegingen kreeg, het groothertogdom Baden.
Het Groothertogdom Baden was een staat binnen de Duitse Confederatie tot 1866 en het Duitse Keizerrijk tot 1918, opgevolgd door de Republiek Baden binnen de Weimarrepubliek en nazi-Duitsland. Van 1945 tot 1952 waren Zuid-Baden en Württemberg-Baden gebieden onder respectievelijk Franse en Amerikaanse bezetting. In 1952 werden zij met Württemberg-Hohenzollern verenigd tot de moderne deelstaat Baden-Württemberg.