Open kolenmijnen kunnen worden gebruikt bij de winning van steenkool, en ze worden ook veel gebruikt bij de winning van ertsen zoals metaalertsen, koper, goud, ijzer, aluminium en vele mineralen. In een open steenkoolmijn is de bodem van de mijn de onderste gedolven steenkoollaag, aangezien het gewoonlijk haalbaar is meerdere lagen te ontginnen bij bovengrondse steenkoolwinning. In een steenkoolmijn is de bodem van de mijn het laagste niveau (hoogte) waarop het erts wordt gedolven.
Bij de planning moet zowel rekening worden gehouden met de bescherming van het milieu, reeds vanaf de eerste exploratie, als met de terugwinning. Het is om twee belangrijke redenen van cruciaal belang dat bij de planning rekening wordt gehouden met het verlichten of verzachten van de potentiële effecten van mijnbouw: (1) de kosten van milieubescherming worden geminimaliseerd door deze op te nemen in het oorspronkelijke ontwerp, in plaats van herstelmaatregelen uit te voeren om tekortkomingen in het ontwerp te compenseren, en (2) negatieve publiciteit of slechte public relations kunnen ernstige economische gevolgen hebben. Vanaf het begin van het planningsproces moet voldoende aandacht worden besteed aan regelgevingskwesties. De kosten van de naleving van de regelgeving kunnen aanzienlijk worden verminderd wanneer hiermee reeds in het ontwerp- of planningsproces op proactieve wijze rekening wordt gehouden, in plaats van dat er ad hoc iets aan wordt gedaan wanneer zich problemen voordoen of wanneer handhavingsmaatregelen worden getroffen.
Van bij het begin van de planningsfase van het mijnontwerp, het verzamelen van gegevens en het verlenen van vergunningen zijn milieuoverwegingen van belang, hoewel de voordelen in strikt economische zin ongrijpbaar kunnen zijn. Vanaf de exploratie, waarbij boorgaten moeten worden gedicht en het terrein moet worden hersteld, tot de ontwikkeling van het plan, moet rekening worden gehouden met de gevolgen voor het milieu. Deze effecten omvatten esthetiek, lawaai, luchtkwaliteit (stof en verontreinigende stoffen), trillingen, waterlozing en -afvoer, bodemdaling en procesafval; bronnen zijn onder meer de ondergrondse en bovengrondse mijninfrastructuur, de mineraalverwerkingsinstallatie, toegangs- of transportwegen, afgelegen voorzieningen, enz. Indien de mijnbouw een verslechtering van de kwaliteit van het oppervlaktewater of het grondwater veroorzaakt, moeten herstel- en zuiveringsmaatregelen worden uitgewerkt om aan de lozingsnormen te voldoen. Het mijnbouwplan moet alle technische maatregelen omvatten die nodig zijn om alle milieuproblemen aan te pakken, vanaf het verzamelen van de eerste gegevens tot de sluiting van de mijn en de regeneratie van de verstoorde oppervlakte.
De regeneratieplannen omvatten veel van de volgende punten: beheersing van de drainage, instandhouding van de bovengrond, scheiding van afvalmateriaal, erosie- en sedimentbeheersing, verwijdering van vast afval, beheersing van vluchtig stof, herbestrating, en herstel van afval- en mijngebieden. In het plan moet ook rekening worden gehouden met de effecten van mijnverzakkingen, trillingen (veroorzaakt door mijnbouw, verwerking, vervoer of verzakking), en de invloed op oppervlakte- en grondwater. Deze milieuaspecten zijn vaak bepalend voor de economische aspecten van een geplande mijnexploitatie en bepalen de levensvatbaarheid ervan.